Mooie vragen. En ook met verschillende antwoorden. Iedere organisatie en elke school is weer anders. Toch kunnen we wel een aantal rode draden halen uit de reflecties die er zijn geweest;

  1. De praktische kant van Governance is mensenwerk. Het toelaten van je gezonde verstand in allerlei dilemma’s of veranderingen is altijd goed. Statuten en reglementen zijn hulpmiddelen en nuttige kaders, maar de wijze waarop inhoud wordt gegeven aan een goed gesprek, of het realiseren van een fijne verstandhouding, is en blijft zaak van gevoel en verstand. Een mooi voorbeeld van zinvol toepassen van goede communicatie daarin, werd gegeven door een bestuurder die zei: “Ik houd van open en eerlijk. Ik ben altijd eerlijk, maar kan niet altijd open zijn. Daar ben ik ook eerlijk over.”
  2. Het leggen van verbinding met de organisatie is soms een zoekplaatje voor toezichthouders. Daar waar bestuurders zich vrij voelen om scholen te bezoeken en informele contacten te onderhouden, zijn leden van de RvT terughoudend. En dat is eigenlijk ook goed.  Een RvT hoort ook op de achtergrond, onbesproken, in de schaduw en bij voorkeur zonder imago. Tegelijk is er de plicht om een beeld te hebben van de organisatie en de voortgang, zodat de bestuurder gespiegeld kan worden. Toezichthouders adviseer ik dan ook om een duidelijke bezoekagenda te maken. Maak werk van schoolbezoeken en het goede gesprek met de GMR, aan de hand van een thema en met goede voorbereiding. Daarbij is het handig om te weten; je mag als toezichthouder alles vragen (uit belangstelling én om te peilen hoe het gaat), maar niet alle vragen die je krijgt kan jij beantwoorden. Dan is het namelijk weer zaak om de juiste weg te wijzen. Wees duidelijk over jouw rol en de bedoeling van het bezoek.
  3. Tenslotte is het aan te raden jaarlijks een goede zelfevaluatie te houden. Bespreek met elkaar hoe rolvast je bent als toezichthouder en als bestuurder. Neem elkaar mee in lastige dilemma’s en adviseer elkaar hoe het beter kan. Een goede en doordachte toezichtvisie en een – kader van waaruit duidelijk wordt op welke terreinen je acteert (of op je handen zit) als toezichthouder of bestuurder, helpt om echt effectief te zijn.

Zo maar een aantal zaken die ook wel herkenning zullen geven.

Vergeet niet dat je op dit strategische niveau altijd met een krachtenveld te maken hebt.

Als bestuurder en als toezichthouder is het nuttig en noodzakelijk om dat veld te kennen en vanuit een basis van vertrouwen met elkaar samen te werken.

AH